“De kiem is niets, de omgeving is alles”
Dit citaat komt van Claude Bernard (Franse arts, apotheker en experimenteel fysioloog) en toont het belang van de regulering van het milieu bij de preventie en bestrijding van infectieziekten.
De nadruk moet daarom liggen op het holisme van het organisme en niet uitsluitend op de ziekteverwekker.
De BICOM-methode voor bioresonantie biedt waardevolle diensten aan de complementaire therapeut. Als BICOM-therapeuten kunnen we onze patiënten ondersteunen in de lichaamseigen omgevingsregulatie en stabilisatie van het immuunsysteem, evenals gerichte bio- energetische pathogeenbehandelingen uitvoeren en zo de “angst voor microben” wegnemen.
Omgevingsregulatie en immuunstabilisatie:
1. Basistherapie
Een niet-specifieke basistherapie volgens geleidingswaarde resp. energetische constitutie leidt al tot uitgebreide regulering en ontgifting. Daarbij zijn de uitgebreide basisprogramma’s het meest effectief. Het is ook zeer nuttig gebleken om de therapie te optimaliseren met symptoomgerelateerde secreties in de ingangsbeker. Bij een infectie dus ook neussecreet of slijm. Verder kan de basistherapie worden gespecificeerd door een verdere ingangsapplicator op het klachtengebied te plaatsen (bv. longen), of kan de fractaal-applicator als een geconcentreerde uitgang worden geplaatst op het probleemgebied, in plaats van de modulatiemat.
2. Therapieblokkades
Denk hierbij vooral aan littekenstoorvelden, geopathie en elektrosmog (mobiele telefoon, DECT), infrageluid (windturbines), maar ook aan emotionele blokkades (shock, trauma), omdat deze ook het immuunsysteem kunnen belasten.
3. Uitleidingsorganen en ontgifting
De primaire uitleidingsorganen zijn de lever, de nieren en de lymfen. Waarbij de lever bij virale infecties heel vaak belast is, en ook bij medicamenteuze behandeling mogelijk ondersteuning nodig heeft. Programma 3036.0 heeft zich bewezen voor ontgiftingsregulatie. Een belangrijk nieuw programma is de 3468.0 leverbelasting.
4. Darmreiniging ter versterking van GALT (gut-associated lymphoid tissue)
Als een candidiasis wordt gevonden, hebben de volgende programma’s hun waarde bewezen: mycosetherapie 971.0 en / of 3413.0 met candida-ampul en uitstrijkje in de ingangsbeker, ongeveer 3-4 behandelingen. Aanvullend moeten begeleidende darmprogramma’s worden toegepast.
5. Immuunstabilisering
De volgende programma’s worden daarvoor aanbevolen:
- 0 Immuunzwakte
- 0 Immuunsysteem reguleren
- 0 Immuunzwakte
Pathogenen behandeling na dienovereenkomstige voorbereiding (zie hierboven)
Specifieke pathogeenprogramma’s met pathogeenampul (bv. Corona-virus uit de KTT testset virussen/schimmels):
- „Virustherapie met nosode”: bij dit programma is de virusnosode (D4-D6) nodig. In plaats daarvan kan echter ook bloed worden gebruikt.
- 1 „Belasting door pathogeen“: Bij dit programma is de ampul van het pathogeen nodig. Het is ook mogelijk om in plaats daarvan lichaamseigen secretie te gebruiken. Het programma moet dan echter worden omgeschakeld naar Di (zie BICOM optima bedieningsinstructies)
- 0 „Virussenbehandeling“
- 0 „Therapie van parasieten“
Niet-specifieke programma’s: (Bicom Optima Plus)
- 0 „KTT-test- en therapieprogramma“
- 10325 „Pathogenen Ai“
- 10326 „Pathogenen Di“
Voor Bicom 2000 en Bicom optima (oudere types):
Pathogenen Ai:
131 (131.0) grondprogramma Ai /laag bereik/ verst 64 /BP :DL- tempo 600 sec/ Verst:DL-tempo: 2.4/tijd:10min
157 (157.0) grondprogramma Ai /normaal bereik/verst 64/ BP: DL-tempo 3 sec/ Verst: DL afn. tempo:300/tijd 5min
191 (191.0) behandeling pathogeen op Ai verst 64/BP: zonder/verst: DL afn. tempo/300/tijd 10 min
Pathogenen Di:
132 (132.0) grondprogramma Di /laag bereik/verst 64/BP:DL tempo 300 sec. verst.:DL tempo 2,4 /10min
158 (158.0) grondprogramma Di/ normaal bereik/verst 64/ BP:DL-tempo 3 sec/ verst: DL afn. /tempo: 300/tijd 5 min
692 (692.0) Pathogenen Di zonder Bandpass/normaal bereik/BP:alle(geen) verst. DL afn.:tempo 300/ tijd 10 min
Voor instel instructies verwijs ik naar de gebruikshandleiding van de Bicom of Module 1